Het gareel
« Een paarden gareel is een beetje zoals een paar schoenen voor de mensen: niet te groot om het paard niet te kwetsen door mistplaatse vrijvingen, niet te klein want uw paard zal “stikken”»
Marcel Mavré*
Gauche: de gareel voor boomslepen “vlaamse”. Rechts: een eerste rugbeugel om het gareel vast te houden rond de hals van het paard. De grote rugbeugel met de voorste “trek” die vaastgemaakte worden aan het gareel.
Het gareel is het voornaamste stuk van het optuige voor boomslepen, licht rond de hals en druk op de schoulders van het paard. Alle trekdeelen komen terecht op het gareel. Die laat toe dat het paard het maximaal trekkracht gebruikte.
De opvulling moet tamelijk dik zijn en goede verdeelte. Om de schoks te verminderen en de kwetsingen te verminderen bij grote inspanningen.
De gareel worden op maat gemaakt door de zadelmaker. Maar er bestaan ookregelbaren garelen die men kan aanpassen aan de hals van het paard.
Het optuigen kan toch 40 kg wegen voor het boomslepen.
*Marcel Mavré, Le cheval de trait de l’an 2000, du cheval de travail au cheval de loisir, Editions Lavauzelle, 1993.